Val Gardena: naar de toppen van de Dolomieten
![Val Gardena: naar de toppen van de Dolomieten](https://snowrepublic.s3.eu-central-1.amazonaws.com/wp-content/uploads/2019/04/Hedda-Val-Gardena-front.jpg)
Val Gardena: naar de toppen van de Dolomieten
Door Judith van Bilsen
Twee dagen om Val Gardena te ontdekken is eigenlijk te weinig. Maar met de ski’s ondergebonden en de uitstekende verbindingen in het skigebied, krijg je toch een hoop gezien van dit Italiaanse gebied, waar je van de ene top naar de andere top van de machtige Dolomieten gaat.
![Val Gardena](https://snowrepublic.s3.amazonaws.com/wp-content/uploads/2019/04/Boven-bij-Seceda.jpg)
Een stukje skigeschiedenis
Val Gardena is het thuis van de Saslong Classic, een World Cup skiwedstrijd die ieder jaar in december wordt georganiseerd. Zowel de Super G als de downhill race worden hier verreden. Deze piste mag zich scharen in het rijtje van de vijf meest bekende wedstrijdpistes ter wereld, waar bijvoorbeeld ook Kitzbühel’s Hahnenkamm bij hoort. Buiten de wedstrijdperiode, zoals nu, vind je minder ervaren skiërs en snowboarders op deze wereldberoemde afdalingen. Wat direct opvalt is de brede pistes en de enorm goede faciliteiten. Dat belooft nog wat!
Sellaronda
Het is onmogelijk om naar Val Gardena te gaan en niet over de Sellaronda te spreken. Deze eveneens wereldberoemde ski tour bestaat uit ruim veertig kilometer waarvan er zo’n 27 kilometer ook werkelijk geskied kan worden. (de andere dertien kilometer zit je in een lift) De Sellaronda ski je met de klok mee, de oranje route, of tegen de klok in, de groene route. De groene route is wat makkelijker en rustiger. Maar ook de oranje versie is voor iedere gemiddelde skiër prima te doen en je skiet met de zon in je gezicht en volgens de kenners is dat prettiger. De Sellaronda voert je in een grote cirkel om het Sella Massief en dat levert constant een uitzicht op deze machtige rotsen op.
Het fijnmazige netwerk
Het fijne aan Val Gardena is dat de meeste pistes met elkaar verbonden zijn met verschillende liften en zelfs een ondergrondse kabeltrein: de Ronda Express. Deze maakt het mogelijk om vanuit St. Christina door de berg heen, richting Col Raiser te gaan. Dit betekent dat het mogelijk is om vanuit Selva via de Ronda Express helemaal in het gebied van Col Raiser en Seceda te komen, zonder een skibus te gebruiken. Volgens Christina, van de lokale VVV, zijn alle foto’s in het promotiemateriaal gemaakt op locaties van deze tour. En dit stuk ligt niet op de route van Sellaronda, dus dat maakt nieuwsgierig!
Vanuit het dorp Selva vertrekt de gondel met de naam Ciampinoi. Boven aangekomen, staan de ligstoelen ons al op te wachten. Dat belooft een prosecco in de namiddagzon! De ervaren skiër kan hier zijn hart ophalen.
Daar aangekomen, loop je in een paar minuten, dwars tussen de schreeuwende dj’s van de aprés-ski, naar de ingang van ‘the underground: de Ronda Express’
Hiervandaan neem je een paar uitdagende zwarte pistes. Of je kiest voor de rode variant, dat is ook mogelijk. Wanneer je naar het beginpunt van de stoeltjeslift Sochers (die ook bovenaan de Ciampinoi uitkomt) skiet, kun je vanuit daar naar het dorp St. Christina afdalen. Daar aangekomen, loop je in een paar minuten, dwars tussen de schreeuwende dj’s van de aprés-ski, naar de ingang van ‘the underground: de Ronda Express’.
Dwars door de bergen
In zo’n drie minuten brengt de Ronda Express ons, dwars door een berg, naar de start van de gondel. Bovenaan de gondel heb je 360-graden uitzicht. Aan de ene kant op de Fermeda (2810 m), aan de andere kant op de Seceda (2518 m) en de Ödle (2015 m). Het is vanuit hier mogelijk om weer naar het beginpunt van de gondel te skieën, zowel via een rode als een blauwe piste.
En maar goed dat de pistes niet te ingewikkeld zijn, want ik merk dat mijn aandacht constant naar de uitzichten getrokken worden. De omgeving leidt zodanig af, dat ik regelmatig besluit om even te stoppen en eens goed om me heen te kijken.
Een andere optie vanuit de Col Raiser is om de tour richting het dorp Ortisei te maken. Vanuit de gondel ski je eerst via een gemakkelijk begaanbaar, bochtig pad een stukje naar onderen. Dan kom je weer uit in een open gebied. Hier begint de stoeltjeslift naar de Seceda en omdat dit stuk volledig onbegroeid is, lacht de brede, witte piste je aanlokkelijk toe.
Het is mogelijk om hier verschillende routes naar het begin van de stoeltjeslift te nemen. Of je gaat de andere kant op en neemt de afdaling naar het dorp Ortisei. Deze afdaling is behoorlijk lang en levert dus veel skiplezier en wederom die indrukwekkende uitzichten op het dal op.
Alles voor de wintersport
In het dorp Ortisei aangekomen, blijkt maar weer hoe alles is afgestemd op de wintersporter. Op het plein van dit dorp komen de bussen aan met skiërs en snowboarders. Ook wij staan ietwat verward te kijken, want vanuit het centrum is geen gondel te zien. Een medewerker van de infodienst snelt toe en wijst een straat in: ‘Slechts twee minuten wandelen en daar neem je de roltrap.’ Alsof je een winkelcentrum in loopt, strekken de meters roltrap voor en boven ons uit. Daarna volgt een tunnel met een lopende band zoals je ook op vliegvelden ziet. Gedwee laten we ons naar boven verplaatsen, waar we nog een liftje nemen en ineens voor de ingang van de gondel staan.
Deze gondel gaat niet heel sterk omhoog en legt vooral een grote afstand af. Het zonnetje schijnt behoorlijk dus het uitzicht bestaat voornamelijk uit groene velden waar een spierwitte piste doorheen slingert. De gondel stopt voor een soort rotswand en daar stappen we over op een grotere cabine.
Boven aangekomen zijn we stil van het uitzicht… of van de diepte recht voor ons
Deze gondel brengt ons naar de Seceda. Even denken we dat we de cabine tegen de rotswand knalt, maar we worden toch steil omhoog gehesen. Boven aangekomen zijn we stil van het uitzicht… of van de diepte recht voor ons, dat kan ook.
Nog een andere top
Een ander uitstapje vanuit de Sellaronda, is een gondeltocht naar de Piz Sella. Juist voor de meer beginnende skiër is dit stuk een aanrader met verschillende, prettige blauwe afdalingen. En iedere keer bevind je je onderaan een enorm imponerende rotswand, de Sassolungo. Die naam betekent ‘lange rots’ en het is geen raadsel waar die naam vandaan komt. De rots steekt bijna 1000 meter boven je uit! Wie wat kunsten wil uithalen, zit er overigens ook goed. Hier ligt een behoorlijk lange funpark met ingesneeuwde auto’s om over te springen en ijstunnels om met grote snelheden doorheen te gaan, naast de gebruikelijke bulten en bochten.
Eerste hulp
Opvallend is dat de carabinieri in het hele gebied duidelijk aanwezig zijn. Niet alleen bovenaan de liften, wachtend op een oproep bij hun sneeuwscooters. Maar ook skiënd op de pistes. We zien een groepje, gekleed in de herkenbare blauwe pakken, een voor een op grote snelheid een piste afdalen. Dat is duidelijk een training! En maar goed ook, want wanneer fotografe Hedda ten val komt en haar knie direct opzwelt, schieten ze snel te hulp met een handschoen gevuld met sneeuw om te koelen. Helaas is hun aanwezigheid geen overbodige luxe, want even later starten ze de sneeuwscooter en spoeden ze zich naar een zwarte piste waar het mis is gegaan…
300 dagen zon
De volgende ochtend word ik wakker van de zon die in mijn gezicht prikt. Christina, van de lokale VVV, zei het al: ‘Je zit hier perfect, met minimaal 300 dagen zon per jaar.’ Onze twee dagen in de sneeuw zitten er alweer op. Ik realiseer me dat ik slechts een fractie van de pistes heb gezien die er in dit gebied liggen. Onze skipassen bieden toegang tot 1200 kilometer aan pistes. Dat biedt nog genoeg te ontdekken op volgende tripjes richting Val Gardena.
Praktische informatie
Wij sliepen in Hotel Flora in Selva. Een prima 3-sterren hotel in het centrum van het dorp. Met een aantal stappen ben je bij de bushalte. En een busstop verder bevindt zich de gondel Ciampinoi, een prima uitvalsbasis voor je dagje skiën.
Ons skimateriaal huurden we bij Scuola Sci e Snowboard 2000 aan de voet van diezelfde gondel Ciampinoi.
Meer informatie over Val Gardena lees je hier
Ik ben altijd op zoek naar die kriebel in je buik als je aankomt op een nieuwe bestemming. En dat dan in tekst en foto’s omzetten en hopen dat het diezelfde kriebel opwekt bij de lezer. Mijn artikelen vind je ook op mijn website jlovestotravel.com, op Mountainreporters.com, in Bergen Magazine en Wandelmagazine.