SkiWelt Wilder Kaiser – Brixental is al zo’n 20 jaar één van mijn favoriete gebieden. Waarom? Vooral door het enorme aantal kilometers aan piste, het nog authentieke karakter (maar dan wel met hypermoderne skiliften en sneeuwkanonnen), de prijzen die hier nog niet de pan uit rijzen én omdat je er heel gemakkelijk naartoe reist.

Ben jij er nog nooit geweest? Lees dan snel verder of de SkiWelt jouw eerstvolgende wintersportbestemming wordt!

Je bent er echt zo!

Normaal sluit ik af met ‘how to get there’, maar dit keer begin ik er mee. Want ik denk dat de SkiWelt vanuit Nederland het allermakkelijkst en snelst te bereiken gebied in Oostenrijk is. Sinds de NightJet weer terug is, reis je met de trein rechtstreeks vanuit Amsterdam en Utrecht naar Oostenrijk. ’s Avonds instappen, ’s nachts slapen en als het een klein beetje meezit, ben je ’s ochtends ruim op tijd om de eerste lift omhoog te nemen.

SkiWelt biedt zelfs een NightJet Combiticket aan. Zo krijg je voor een aantrekkelijk tarief je treinreis vanuit Nederland naar Kufstein, Wörgl, Hopfgarten, Westendorf of Brixen. Daarnaast zit inbegrepen de transfer van het station naar je accommodatie, je skipas, én korting op skihuur. Tel uit je winst. Eén ding: de trein is inmiddels erg populair, dus boek op tijd.

Ga je liever met de auto, dan rij je er gemakkelijk naartoe. Op tijd remmen na de Duits-Oostenrijkse grens, want anders ben je er al voorbij! Omdat het gebied laag ligt, heb je (naast winterbanden) geen sneeuwkettingen nodig.

Ook met het vliegtuig is het simpel. Vanaf Innsbruck is het een uurtje rijden, of pak je ook de trein/bus naar je eindbestemming.

In Hopfgarten is het treinstation praktisch naast het dalstation van de gondel. Foto: Pauline van der Waal

Meer dan genoeg pistes voor een week wintersport

SkiWelt is groot. Heel groot. De slogan is dan ook ‘Waanzinnig groot en waanzinnig dichtbij’. Inmiddels heeft de SkiWelt 288 prachtige en perfect geprepareerde pistekilometers. Wat ik daaraan het leukste vind, is dat het ook nog eens een heel uitgestrekt gebied is, dat op een bijzonder slimme manier aan elkaar verbonden is. Zo kun je via verschillende routes van het ene naar het andere dorp skiën en hoef je vrijwel nooit dezelfde afdalingen te doen. Zelfs niet op de heen en terugweg.

En heb je er nog geen genoeg van, dan koop je een skipas die ook in Kirchberg-Kitzbühel geldig is. Ideaal: als je een ‘gewone’ skipas hebt voor de SkiWelt, hoef je bij de kassa alleen een ‘aufpreis’ te betalen, waarmee je ook in Kirchberg-Kitzbühel kunt skiën. Je hoeft dus geen volledige pas te kopen.

Het enorme gebied heeft genoeg pistekilometers voor de meest doorgewinterde skiër en snowboarder. Foto: Pauline van der Waal

Een seizoenspas kan interessant zijn

Trouwens, omdat de SkiWelt makkelijk aan te reizen is, zijn er best veel Nederlanders die meerdere keren per seizoen gaan. In dat geval is een seizoenspas best interessant. Overweeg je dat, zorgt dan dat je die pas in de voorverkoop aanschaft, dat scheelt best wat euro’s. Dat tarief geldt doorgaans tot 20 december van dat jaar, daarna betaal je de volledige prijs.

Ga je meerdere keren per seizoen, maar ga je niet altijd naar hetzelfde gebied? Kijk dan eens naar de seizoenspassen Super Ski Card (geldig in 21 skiregio’s in Oostenrijk, waaronder SkiWelt), of de Snow Card Tirol (geldig in 90 skigebieden in Tirol).

Pistes genoeg voor iedereen. Foto: Pauline van der Waal

Doe de KitzSkiWelt Tour van 88 kilometer

Ben je echt niet te stoppen, dan ga je voor de grootste skironde ter wereld van maar liefst 88 kilometer. Nu weet ik niet wat jouw dagrecord is, maar ik kan je vertellen dat dit heel erg veel is om op één dag af te leggen.

Ga je voor de maximale afstand, dan begin je in Going en leg je de hele afstand naar Hollersbach/Mittersill af, en weer terug. Verkijk je niet op de afstand, en zorg dat je op tijd weer terug bent. Of plan het zo, dat je met de bus terugreist als die hele 88 kolometer teveel van het goede zijn. Natuurlijk kun je ook op elke andere plek in de SkiWelt instappen, en de hele ronde in verschillende dagen afleggen.

Laag skigebied + 80% van de pistes besneeuwd: perfecte sneeuw

Dat SkiWelt zo dicht bij de Duitse grens ligt heeft ook een nadeel. Het gebied ligt namelijk erg laag. Wij verblijven in Scheffau, op slechts 745 meter hoog. Het hoogste punt in Westendorf is 1.869 meter hoog en de Hohe Salve doet z’n naam ook niet echt veel eer aan met 1.828 meter. Toch kun je halverwege maart nog steeds terecht op prima sneeuw. Hoe? Door alle investeringen in sneeuwkanonnen!

In het gebied staan maar liefst 1800 sneeuwkanonnen en -lansen, die in november de eerste sneeuw produceren. Bovendien gebeurt dat op een zo milieuvriendelijk mogelijk wijze en technisch bijzonder ingenieus. Ik schreef daar een apart artikel over: REISVERSLAG | Duurzaam op wintersport? Het kan in SkiWelt Wilder Kaiser – Brixental.

Een kunstmatig meertje waarin water wordt opgevangen voor de productie van technische sneeuw. Foto: Pauline van der Waal

Welk dorp is het leukste om te verblijven?

De SkiWelt bestaat uit een aantal heel verschillende dorpen. In alfabetische volgorde zijn dat: Brixen im Thale, Ellmau, Going, Hopfgarten, Itter, Scheffau, Söll en Westendorf. Ook Kelchsau hoort nog bij de SkiWelt. Wij verbleven deze trip in Scheffau. Dat is een rustig dorpje, waar veel gezinnen verblijven. Er is dan ook veel aandacht voor skiën en skiles voor de kleintjes.

De après-ski is beperkt tot onderaan de piste. Zoek je meer après-ski, dan kun je beter naar Ellmau, Söll of Westendorf gaan. Voor alle plaatsen geldt dat er nog de typisch Oostenrijkse sfeer hangt, dus echt ‘mis’ kies je nooit. Bekijk wat je het belangrijkst vindt (die après-ski, een gemoedelijk centrum, of de aanwezigheid van een treinstation, bijvoorbeeld), en kies jouw favoriet.

Geheime tip voor rust op de piste: Going

De SkiWelt is populair, en dat is niet voor niets. Maar dat betekent dat het ook – zeker in de kindervakanties – soms drukker wordt op de pistes. Ben je even toe aan serene rust, ga naar richting Going. Als je op de pistekaart kijkt, dan zie je dat Going in het uiterste puntje van het gebied ligt. Omdat het niet in de ‘doorgaande route’ ligt, zijn de pistes van Going vaak een stuk rustiger dan die in de rest van het gebied.

Bovendien is het hier minder gelikt en ‘modern’, wat al blijkt uit het ietwat gedateerde en niet al te snelle stoeltjesliftje dat je vanaf de parkeerplaats bij Ellmau richting Going brengt. Het is heerlijk om hier wat te vertragen. Of juist niet, want de pistes zijn hier heerlijk en nodigen uit voor aardig snelle afdalingen.

Ook leuk: de verscheidenheid aan hutten voor een hapje en een drankje op deze berg. Van heel klein tot best flink, en soms nog in een oude boerderij: in Going kun je je goed vermaken. En neem je de dalafdaling terug naar Ellmau, dan hoef je alleen de parkeerplaats maar over te steken voor je weer in de moderne gondel naar de Hartkaiser zit. Vanaf daar ben je in een oogwenk midden in het gebied.

Zicht op de Hoge Salve. Foto: Pauline van der Waal

Geweldige hutten voor een stop onderweg

Als er iets is waar ik enorm van kan genieten, is een drankje op het terras. Even de schoenen los, gezicht in de zon en bijtanken. In de SkiWelt kan dat bij maar liefst 88 verschillende berghutten. En er is voor elk wat wils: heel traditionele hutten die de laatste 100 jaar weinig veranderd lijken te zijn, kleine hutjes, grote zelfbedieningsrestaurants en ook hypermoderne hutten.

Wat overal opvalt: het prijsniveau! Waar je in Frankrijk nog wel eens het idee hebt dat je eerst een nier moet verkopen voordat je een bord friet kunt bestellen, heb je hier voor 10-15 euro een prima lunch. Denk aan een gröstl of spaghetti. Soep en andere kleine gerechten red je regelmatig onder de 10 euro en ook drankjes zijn prima betaalbaar. Geen enkele reden dus om niet die extra koffie-stop in te lassen.

Uitzicht vanuit het (draaiende!) Panoramarestaurant op de Hohe Salve. Foto: Pauline van der Waal

De leukste hutten voor een lunch of drankje

Een keuze maken uit al die verschillende berghutten is nog lastig. Of niet, want misgrijpen kan eigenlijk niet, ze zijn allemaal leuk. Toch een paar hutten uitgelicht om je te helpen. Zo dronken wij een roze prosecco bij de Aualm, onderaan piste 71 en vrijwel naast het dalstation van de achtpersoonsgondel.

Lunch met uitzicht bij het Panoramarestaurant op de Hohe Salve is een absolute aanrader. Zowel het enorme zonneterras als ook het binnenrestaurant hebben ook nog eens een bijzondere feature: ze draaien rond! Het maakt dus niet uit welke tafel je kiest om aan te zitten, je hebt altijd een prachtig uitzicht.

Hier wil ik nog een keertje naar terug…

Tot slot eentje die direct een plekje verwierf op mijn favorietenlijstje: een drankje in de zon bij de KRAFTalm. Of beter nog: er een keertje overnachten. Ik wist zelf niet wat ik zag op deze plek, want de laatste keer dat ik hier was, stond er nog een oude boerderij. En kreeg je in je cappuccino verse melk, direct van de koeien uit de stal. Nu staat er een hypermodern restaurant en hotel, van prachtige architectuur.

Eigenaren zijn de zussen Hölzl, die de boerderij overnamen van hun ouders. De traditie is gebleven: de aankleding van het restaurant is gemaakt van het hout van de oude boerderij. Niet onbelangrijk: het recept van de appeltaart komt al decennialang van hun tante. En de appels van een boomgaard in de familie!

De prachte KRAFTalm. Foto: Pauline van der Waal

Avondskiën in Söll

Heb je nog steeds geen genoeg van het skiën? Hou je skikleding dan aan tot na het avondeten! In Söll kun je namelijk na zonsondergang terecht op het grootste avondskigebied van Oostenrijk: maar liefst 10 kilometer, inclusief de dalafdaling terug naar Söll. Let op: om na sluiting van de gewone liften te skiën, heb je een extra skipas nodig. Je kunt ‘m kopen voor een los ritje met de lift, of voor de hele avond.

Voor een extra mooie avond ga je fonduen op de Stöcklalm. Je kunt dat doen na afloop van het skiën, maar mijn tip is om dat juist bijtijds te doen. Het avondskiën begint namelijk om 18.30, maar het kost natuurlijk tijd voor de skiërs vanuit het dal om met de gondels omhoog te komen. Als je start – zodra de liften weer open gaan – vanuit de Stöcklalm heb je daarom de eerste pistes helemaal voor jezelf.

Skiën op de felverlichte pistes nadat de zon allang onder is. Foto: Pauline van der Waal

Ons hotel: Kaiserlodge in Scheffau

Accommodaties zijn er in allerlei soorten en maten; van klein tot groot en van luxe tot budgetvriendelijk. Voor de liefhebbers is er zelfs een wintercamping. Dat is aan mij wat minder besteed, en ik kan ons hotel de Kaiserlodge in Scheffau dan ook zeker aanbevelen.

Het is een groot hotel, maar door de bouw valt dit niet zo op. Daardoor past het hotel ook mooi in de omgeving. De kamers zijn fijn, hebben een mooi balkon en er is een zwembad, waar je vanuit het buitenbad prachtig uitzicht hebt op het Wilder Kaiser-gebergte met daarvoor de kerktoren van Scheffau.

Je komt hier om te relaxen. Verwacht hier dus geen uitbundige après-ski, maar ga aan het einde van de dag lekker op het terras zitten. Heerlijk in de zon met een cocktail of biertje. Het restaurant serveert lekkere, en een keertje juist niet heel erg Oostenrijkse, gerechten. Je skiet ’s ochtends gemakkelijk naar beneden en eindigt dan vlakbij de gondel in Scheffau die je het skigebied in brengt. Terug neem je de skibus.

Ons heerlijke hotel de Kaiserlodge in Scheffau. Foto: Pauline van der Waal

Doe eens een (mid)dagje Kufstein

Wil je eens een dagje wat anders? Bezoek dan het prachtige oude plaatsje Kufstein. Voor iedereen die met de auto of de trein bij Kufstein de grens over is gekomen, is de burcht een welbekend oriëntatiepunt. Maar ben je er ook al eens dichterbij geweest? Bijzonder: elke dag om 12.00 uur hoor je vanuit de vesting een orgelconcert. Dit is om de gevallenen uit de eerste wereldoorlog te herdenken.

Je kunt de burcht bezoeken en daarna ontspannen met een hapje of een drankje in de gezellige stad.

De beroemde vesting van Kufstein is ’s avonds mooi verlicht. Foto: Pauline van der Waal

Must-visit in Kufstein: Auracher Löchl en Stollen 1930

In Kufstein zijn het Auracher Löchl en Stollen 1930 absoluut een bezoek waard. En ook makkelijk: je bereikt ze via dezelfde voordeur. Het Auracher Löchl is een heerlijk druk en authentiek Oostenrijks restaurant, waar de beste specialiteiten van het land worden geserveerd.

Stollen 1930 heeft een collectie van meer dan 850 verschillende gins, en maakt daarmee de meest fantastische cocktails. Dat is natuurlijk al geweldig, maar wat dit echt een bezoek waard maakt, is de locatie. Ruim 600 jaar geleden werd deze ‘Stollen’ namelijk uitgehakt in de rotsen, om dienst te doen als de ‘koelkast van Kufstein’. Door de locatie en ijs dat vanuit hoog in de bergen gebruikt werd om te koelen, konden levensmiddelen maar ook bier(grondstoffen) koel gehouden worden. Na de uitvinding van de koelkast raakte de plek in onbruik en is nu nieuw leven ingeblazen als ginbar.

Oh ja, wil je je vriend(in) ten huwelijk vragen? Dan heb ik een tip voor je. Boek het kleinste restaurantje ter wereld dat zich op een brug bevindt, oftewel het Brückenrestaurant. Er staat slechts één tafeltje met twee stoelen, en een romantische oude platenspeler. Je wordt verwend met een vijfgangendiner en hebt alle gelegenheid om op een knie te gaan…

Het bijzondere interieur van de Ginbar. Foto: Pauline van der Waal

Meer over SkiWelt Wilder Kaiser – Brixental

Er valt veel te melden over SkiWelt Wilder Kaiser – Brixental. Lees je daarom graag nog even verder? Bekijk dan de website en geniet. Veel wintersportplezier!

Check hier de website van SkiWelt Wilder Kaiser – Brixental